MAB (Jan 2014)
Vrolijk !
Abstract
Read online Read online Read online
Lang geleden, in het december 1996-nummer van het MAB, stond er een lichtelijk jolig artikel van Arjen van Witteloostuijn en Christophe Boone (AW&CB, 1996). Het artikel verhaalde over een meting van de kwaliteit van de wetenschappelijke productie van Nederlandse managementwetenschappers in de vroege jaren 1990. AW&CB schreven het artikel als aanvulling op metingen in die tijd van de productiviteit van Nederlandse economen. Daarbij werd met lijsten van economischwetenschappelijke tijdschriften gewerkt. Op deze lijsten kwamen natuurlijk maar weinig management-wetenschappelijke tijdschriften voor. Wat Nederlandse managementwetenschappers aan het doen waren en hoe goed hun wetenschappelijk werk dan wel was, dat was uit de economenmetingen niet af te lezen. AW&CB zetten zich daarom maar, klaarblijkelijk met enige frisse tegenzin, aan het meten. Hoe productief waren Nederlandse managementwetenschappers eigenlijk ? AW&CB gebruikten een wat andere, maar ook acceptabele, werkwijze. Ze stelden de lijst samen van alle gepromoveerde managementwetenschappers die in 1993 doceerden aan acht Nederlandse faculteiten Management (Bedrijfskunde) en Economie. Van die wetenschappers telden ze de artikelen die van hen verschenen waren in de jaargangen 1990-1993 van tijdschriften opgenomen in de Social Science Citation Index (SSCI): serieuze wetenschappelijke tijdschriften dus. Met die telling maakten AW&CB een hitlijst van managementwetenschappers in Nederland. Dat deden ze voor de managementwetenschapsgebieden Berichtgeving, Financiering, Marketing en Organisatie. Berichtgeving was de naam die toen in Maastricht gebruikt werd voor Accountancy. AW&CB werkten in 1996 in Maastricht.