BMGN: Low Countries Historical Review (Mar 2018)

Dikes and Dunes: On Dutch History and Dutchness

  • Benjamin Schmidt

DOI
https://doi.org/10.18352/bmgn-lchr.10477
Journal volume & issue
Vol. 133, no. 1
pp. 82 – 99

Abstract

Read online

This essay considers one of the more striking qualities of the historiography of the Netherlands: its attitude vis-à-vis outsiders. On the one hand, there is a comparative bent in the scholarship and an interest in seeing the Dutch in the world; in this sense, it is an admirably outward-looking historiography. On the other hand, there is a tendency to underscore the exceptional Dutchness of Dutch history, which encourages analyses to turn inward. Comparativism thus vies with a provincialism, which can devolve into parochialism. Recent Dutch historiography, moreover, has shown a marked ambivalence toward the work of outsiders, namely non-Dutch historians. This reflects a basic tension in the literature between a scholarly posture of cosmopolitanism and a deep-rooted tendency toward exceptionalism; it suggests the paradox of Dutch distinctiveness. This essay raises questions about the permeability of Dutch historiography. Do the dikes and dunes of Dutch historical practice hold in or hold out the currents of scholarship? And, further, do they function to keep outsiders at bay? This article is part of the forum 'Outside In? Reflections on BMGN – Low Countries Historical Review: Introduction'In dit essay komt een van de opvallende eigenschappen van de historiografie van Nederland aan de orde: de houding van Nederlandse historici op het gebied van Nederlandse geschiedenis ten opzichte van buitenstaanders. Aan de ene kant is er binnen de historiografie van Nederland sprake van een toename van vergelijkendestudies en belangstelling voor de positie van Nederlanders in de wereld; wat dit betreft is de blik van de historiografie van Nederland op bewonderenswaardigewijze naar buiten gericht. Aan de andere kant kun je stellen dat deze historici ertoeneigen Nederlandse geschiedenis als uitzonderlijk te beschouwen, waarmee ze hun blik juist weer naar binnen richten. Op deze wijze moet een comparatieve houding wedijveren met provincialisme, wat tot bekrompenheid kan leiden. Bovendien wordt de meest recente Nederlandse historiografie gekenmerkt door een opmerkelijke ambivalente houding ten opzichte van het werk van buitenstaanders, dat wil zeggen, van niet-Nederlandse historici. Deze houding weerspiegelt een fundamentele spanning in de literatuur tussen eenwe tenschappelijke, kosmopolitische houding en een diepgewortelde neiging tot exeptionalisme; dit kan betekenen dat er sprake is van een paradox van een typisch Nederlandse houding. Dit essay stelt de toegankelijkheid van de Nederlandse historiografie ter discussie. Zorgen de dijken en duinen van de Nederlandse geschiedschrijving ervoor dat de nieuwe ontwikkelingen op het gebied van de wetenschap worden omarmd, of sluiten ze die juist buiten? Of is hun functie buitenstaanders op een afstand te houden? Dit artikel maakt deel uit van het forum 'Outside In? Reflections on BMGN – Low Countries Historical Review: Introduction'

Keywords